dinsdag 18 december 2018

"Mag er ook ruimte zijn voor verdriet?" Over de kunst van het rouwen...


De feestdagen naderen en voor mensen die met verlies kampen zijn dit vaak confronterende, pijnlijke dagen. Je moet de feesttafel voor een persoon minder dekken. Het lukt je niet om die ene lege stoel niet te zien en juist, te midden van iedereen, kun je je zo eenzaam voelen. In deze blog wil ik graag aandacht besteden aan de rouwenden van nu. Opdat zij juist in deze tijd ook gezien worden en er ruimte mag zijn voor hun niet te onderschatten pijn. 

In mijn praktijk voor kunstzinnige therapie hebben de meeste volwassenen te maken met rouwproblematiek in de breedste zin van het woord. Rouw door het verlies van gezondheid. Rouw door het verlies van werk. Rouw door het verlies van contact. Rouw door het verlies van dierbaren. Rouw kan traumatisch zijn, zeker als de omgeving niet begripvol reageert. En dat gebeurt helaas maar al te vaak…

"In mijn geval overleed mijn dierbare plotseling. Ik was compleet in shock en kon het niet geloven. Het schijnt dat de hersenen je voor de pijn beschermen door dat ongeloof. Begrijpelijk, want wanneer het wél doordrong, werd ik verscheurd door het verdriet. De pijn was bijna onmenselijk, de emoties te veel, te groot, overweldigend…’’

Yvonne Peschier
'de sterrendaalders'
De cliënte uit het voorbeeld kwam in deze eerste fase van verdriet en ongeloof naar mijn praktijk. In die periode was houvast nodig. Ze koos fijne, eenvoudige, voedende beelden en tekende ze met pastelkrijt na, stap voor stap.  Het natekenen stimuleert de waarneming, in het hier en nu. De patiënte gaf aan dat ze constant met de overledene bezig was, allerlei associaties had en dat zichzelf afleiden niet lukte. Behalve tijdens deze oefeningen. Bij het natekenen kun je je even op iets concreets focussen. Het pastelkrijt spreekt daarnaast het gevoel aan (door de kleur en de techniek) en het geeft houvast (het loopt niet uit). Het beeld wat gekozen was, vormde vaak uitgangspunt voor gesprek over gevoelens. Het verhaal over het intense verlies en ook de mooie herinneringen, kwamen gedurende de sessies stap voor stap naar buiten. Op de tafel stonden thee en koekjes; ook de inwendige mens werd uitgenodigd weer momenten te genieten.

“Tijdens deze vreselijk pijnlijke rouwperiode is helaas niet altijd warm en begripvol gereageerd door mijn omgeving. Sommige mensen zeiden niets of vermeden contact, zo pijnlijk! Alsof het verdriet er niet mag zijn. Als ik me begaf in groepjes mensen, werd er vaak geen rekening gehouden met me wat betreft de gespreksonderwerpen. Ik snap wel dat dat kan gebeuren, maar mensen kunnen er toch wel een klein beetje over nadenken? Moet je per se iemand die nét zijn dierbare kwijt is geraakt confronteren met grapjes over de dood? Moet je net nu zeggen dat je uitkijkt naar het weekendje weg met z’n allen, terwijl er iemand tegenover je zit die nog maar net beseft nooit meer compleet te zijn thuis? Dan is er nog de andere kant: sommige mensen bleven maar herhalen dat ik door moest gaan en positief moest denken. Waarom mag je niet óók verdrietig zijn en moeite hebben met het feit dat iemand onverwacht uit je leven gerukt is? Door dit onbegrip kreeg ik de ingrediënten voor PTSS (posttraumatische stressstoornis) toen op een presenteerblaadje aangeboden. Het voelde dikwijls nog als een trap na dat mijn omgeving er niet altijd voor mij was. Alsof het verdriet er niet mocht zijn, alsof ík er niet mocht zijn.  Je voelt je al snel te veel en dat triggert het gevoel dat je diep onder de dekens wil duiken.”

Kon ik maar zeggen: in die periode deden we vooral… maar dat kan niet. Het is namelijk geen periode, het is niet afgerond, het is helaas nog steeds realiteit. Niet in elke sessie even intens, maar dikwijls bekruipt mij het gevoel dat sommige mensen in de omgeving klaar zijn met het verlies van de rouwende. Dat het maar eens over moet zijn, streep eronder en klaar. ‘Schouders eronder, smile it away. Niet zo sippen hoor, gewoon doorzetten.’ Ook zijn er dan nog mensen die aan leedconcurrentie doen. Die vinden dat je niet mag klagen, want bij die of die was het erger, of: ‘we maken allemaal wel eens wat mee, we hebben allemaal zo onze dingetjes. Je hoeft er niet steeds de aandacht op te vestigen.’ Ze willen het liefst dat je het onderwerp mijdt en ze vinden het ongezond dat je nog wel eens kleine tekens van pijn laat blijken; ze vinden dat je erin blijft hangen.

Vergeten wordt dat het gevoel van verlies je elke keer weer overvalt: soms met een bepaalde datum (zoals een verjaardag of sterfdag), maar ook zomaar plotseling als je iets ziet, hoort of ruikt wat een bepaalde herinnering oproept. Manu Keirse (bekende rouwspecialist) zei het eens zo treffend: "Rouw is als een schaduw die met een mens meegaat, soms is hij onzichtbaar, soms gaat hij met je mee, en dan ineens als je de hoek omgaat, valt hij zo maar voor je voeten.”

In de therapie mag er altijd ruimte zijn voor verdriet en zoeken we met de beeldende materialen wat daar het beste bij aansluit voor dat moment. Soms is het intuïtief tekenen met pastel, ondertussen ontladen (ook in woorden, het verhaal vertellen) en daarna kijken wat zichtbaar wordt in kleur en vorm. Een mooie quote erop schrijven helpt nog extra dit gevoel onder woorden te brengen. De andere keer gaan we verder met collages maken: plaatjes en tekstjes worden geordend op het papier (en in het hoofd). Soms pakken we klei voor extra houvast en stevigheid: eerst doorkneden en daardoor ontladen (ook in woorden, het verhaal vertellen), dan tot een bol vormen en bij jezelf komen, van daaruit tot vorm brengen. Ook het nat-in-nat schilderen is een prettige techniek, omdat je daarbij (door de uitlopende kleurvlakken) ervaart los te laten. En zo zijn er nog meer technieken te bedenken, zoals het laag over laag schilderen met acryl op groot doek met spalters en sponzen, elke sessie weer een laag passend bij het gevoel van dat moment, of grote bewegingen met houtskool of papier scheuren (tot kleine snippers van verdriet) en deze bij elkaar plakken (en zo weer helen). Alle gevoelens mogen er zijn, ze mogen hier volop stromen. Er is ruimte voor het verhaal, waarbij het verdriet en gemis wordt verweven in het leven van de rouwende. Cliënt X vertelde de kunstzinnige therapie te ervaren als verzachtende zalf voor de ziel en het gekwetste hart.

“Je echte vrienden snappen dat je iets is overkomen waar jij niet om gevraagd hebt en ze zijn blij voor je als je kleine overwinningen op jezelf doet.”

“Tijdens deze intense rouwperiode ben ik veranderd. Mijn zorgeloosheid en onbevangenheid is weg. Vroeger was ik echt een gangmaker, vol energie en plannen. Nu ben ik wat rustiger. Maar er zit nog steeds wel een stukje in mij dat hetzelfde is gebleven; zo geniet ik nog steeds van wat het leven te bieden heeft. Zelfs door mijn tranen heen kon ik de schoonheid van een bloem, zonsondergang, muziekstuk, een mooie zin of kunstwerk zien. Je vindt bij mij nu alleen iets anders dan vroeger. Toen was ik de vrolijkerd, die je een goed gevoel gaf over jezelf. Ik was iemand die urenlang naar je kon luisteren en altijd positief en aanmoedigend was… Sommige mensen hebben het geduld niet om nu ook naar mij te luisteren. Of ze willen alleen met me omgaan als het ze geen energie kost. Ze schrijven je af. Geen fijn gevoel.

Aan de andere kant een schrale troost dat je, door zo’n fase, gauw ontdekt wie je échte vrienden blijken te zijn en wie toch kennissen waren. Die echte vrienden, dat zijn degenen die er wél zijn, die je verlies méé voelen en je respecteren zoals je nú bent. Zij snappen dat je iets is overkomen waar jij niet om gevraagd hebt. Je kunt er niets aan doen.

Zij zijn blij voor je als je kleine overwinningen op jezelf doet (dat kan in het begin al een wandelingetje buiten de deur zijn, of het bekijken van een foto van vroeger, en in een latere fase is het de ene keer een verjaardag bijwonen en een andere keer een presentatie geven) en geven je het gevoel dat je welkom bent. Ze zijn blij je te zien. Dit soort mensen versterken je zelfvertrouwen en ze motiveren je om initiatief te tonen.”

Naast het rouwen speelt natuurlijk ook de levensfase mee. De patiënte uit het voorbeeld is adolescente. Door de verdrietige gebeurtenis staat haar leven stil. Stappen die ze zou zetten, zijn even niet meer aan de orde of worden uitgesteld.  Het leven van de omgeving gaat ondertussen door. Het is iets wat ik vaker hoor en het is een machteloos gevoel. Mensen om je heen gaan trouwen en krijgen kinderen, jouw leven staat stil. Je gunt het iedereen maar soms doet het pijn. Je mist aansluiting, gespreksonderwerpen en voelt pijnlijk dat je niet alleen je dierbare mist, maar ook het leven wat je ooit ook zo rooskleurig voor je zag.

Marit Tornqvist 'groter dan een droom'
“Wat ik fijn had gevonden en nog steeds prettig vindt, is een luisterend oor. Luister naar mijn verhaal, toon begrip voor mijn gevoelens en ga naast me staan (geen tips, adviezen of verhalen over anderen). Soms wat afleiding, soms ook gewoon mij even laten. Zeg niet dat ik je altijd kan bellen, want dat kan ik niet. Doe een concreet voorstel, zoals boodschappen doen of iets koken. Of, nog beter, laten we samen onderzoeken wat mij kan helpen, want dit verschilt van moment tot moment. En als je niet weet wat je moet zeggen, zeg dat!  Als het lukt, blijf contact zoeken. Het kan zijn dat ik er nu juist wel behoefte aan heb, terwijl ik eerder de energie niet eens had om de deur uit te gaan.’’

We stellen de vraag ‘hoe gaat het?’ in het dagelijks leven eigenlijk best vaak. Meestal rekenen we erop dat iemand zegt ‘goed’ en gaan we direct weer door. Besef goed wat je vraagt als je een rouwende tegenkomt. Wat betekent deze vraag? Heb je ruimte in tijd en aandacht om naar het antwoord van de rouwende te luisteren? Of om er gewoon te zijn. Het is zo waardevol als je naast de rouwende gaat zitten en uitstraalt dat alles goed is, dat niets gek is, dat ook tranen niet erg zijn. Weet dat je geen grootse gebaren hoeft te maken, maar met aandacht en oprechte interesse al veel voor iemand kan betekenen. Ik hoop dat mensen die rouwen niet alleen terecht kunnen bij een therapeut, maar vooral terecht kunnen bij hun omgeving. Dat ook de omgeving zegt: “Er is ruimte voor verdriet. Nu en ook in de tijd die nog voor ons ligt.”

“Wat ik graag zou willen, is dat mensen beter leren omgaan met rouwenden. In andere culturen is het vaak veel vanzelfsprekender om over leven en dood te praten en om warmte bieden aan hen die het nodig hebben. Daar hoeft het niet alleen maar leuk en vluchtig te zijn. Maar goed, ik woon hier en ik wil me best aanpassen. Weet dat ik echt niet over moeilijke dingen wil praten, zoals de begrafenis, de kist of andere ’enge’ dingen, maar enkel kwijt wil hoe ik me voel en ook zou willen vertellen wie ik zo mis. Die persoon is dan wel fysiek niet meer op aarde, maar neemt nog steeds een plaats in in mijn wereld. Laat die persoon er ook zijn… Dan kan ik ook mezelf zijn. Waarom is het moeilijk om te luisteren naar kleine details of verhalen over die persoon? Ik zou graag die herinneringen met je delen met een lach en een traan.”

*Dit artikel is geschreven door Yvonne Peschier (kunstzinnig vaktherapeut beeldend) en cliënt X, rouwende na het verlies van een dierbare. Voor vragen kunt u contact opnemen via yvonne@kunstzinnigetherapie.info / www.kunstzinnigetherapie.info  

zondag 11 november 2018

Kunst is magisch


Kunst is magisch. Uit onderzoek blijft dat kunst onder andere je motorische schors stimuleert, het gedeelte van je hersenen dat de bewegingen van je lichaam aanstuurt. Kijk je naar een kunstwerk, dan zie of ervaar je het niet alleen met je ogen of met je hersenen, maar met je hele lichaam. Elke vezel van je wezen (je zintuigen, je intellect, je emoties, je fysieke verschijning) reageert op een kunstwerk. Kunst trekt als een bliksemschicht door je heen.

En er is meer magie: uit onderzoek is gebleken dat het kijken naar landschapsschilderijen, vooral zeezichten, niet alleen stress vermindert, maar zelfs het herstel na een operatie kan versnellen. Het verband tussen creativiteit (vooral het maken van kunst) en geluk is ruimschoots aangetoond.

Maar ook dat is nog niet alles: kunst opent je de ogen voor drie uiterst belangrijke werkelijkheden. Al ga je maar een van die drie zien, dan kun je daardoor al een gelukkiger mens worden. Met zijn drieën vormen ze een bedwelmende gelukscocktail:
  • De werkelijkheid van de wereld
  • De werkelijkheid van andere mensen
  • De werkelijkheid van jezelf
Bovenstaande tekst komt uit ‘Kunst maakt gelukkig’ van Bridget Watson Payne. Je zult begrijpen dat ik het roerend eens ben met deze schrijfster, omdat ik steeds weer het bewijs zie in de kunstzinnige therapie:
  • Zoals de patiënt die door het tekenen van de bloem de bloem ook ging ruiken. Dit terwijl ze (door haar isolatiekamer) al weken geen enkele bloem gezien, laat staan geroken had. 
  • Of de cliënt die door een klein passe-partout haar blik over haar werkstuk liet gaan en toen fysiek ging trillen en tot tranen toe geroerd raakte.
  • Of de cliënt die zijn werk van een andere kant bekeek en daardoor tot inzicht kwam wat zijn probleem was.
  • Ook de zeezichten komen veelvuldig voor als ik in het ziekenhuis werk: ik zie letterlijk dat patiënten ontspannen, zich op het strand wanen en de zon al kunnen voelen; de klinische setting valt weg, we zijn in onze verbeeldingskracht echt op een andere plaats.
  • Hoe mooi is het ook om samen naar kunst te kijken, daarover in gesprek te gaan en elkaar zo te leren kennen. Ook dat kan met kunstzinnige therapie; een groep van gelijkgestemden is het prettigst, zodat je je veilig voelt om te zeggen wat je ziet en wat je voelt.
Kunst is magisch, ik ben blij dat ik een stukje van deze magie mag overbrengen in de kunstzinnige therapie!

Zin in zo'n gelukscocktail? Benieuwd wat kunst voor jou kan betekenen? Kom eens kennismaken in de praktijk aan de rotte, nabij Rotterdam/Lansingerland.

 
Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend/ VTS-coach
www.kunstzinnigetherapie.info 
yvonne@kunstzinnigetherapie.info

maandag 14 mei 2018

Kunst op recept


Mijn praktijk voor kunstzinnige therapie bestaat nu al ruim 6 jaar en in die jaren heb ik cliënten (van jong tot oud) begeleid bij hun hulpvraag. De meeste mensen kiezen heel bewust voor deze therapie, omdat de nadruk ligt op doen en ervaren en minder op denken en praten. Bij kinderen kan je zelfs zeggen dat het spelenderwijs leren is; ze ontwikkelen zich in een recordtempo vaak zonder het zelf te beseffen. Over de effecten van de therapie schrijf ik regelmatig. Maar wat kun je verwachten van het therapeutisch proces? Wat vraagt het van de ouders/ naasten? Welke bijwerkingen kun je verwachten? Ik vertel er meer over in deze blog.

Bij het intakegesprek wordt de hulpvraag (het probleem) besproken. Waar heb je last van? Wat is de aanleiding voor de therapie? Maar ook: vertel eens over je leven tot nu toe; waren er bijzonderheden bij de zwangerschap, de geboorte, de eerste jaren? Wat is de gezinssamenstelling? Hoe gaat het op school/ op werk? Zijn er bepaalde ziektes/ allergieën? Alles wat van belang kan zijn voor de hulpvraag/ het therapiedoel wordt besproken. Zo’n gesprek kan veel losmaken; vaak blijf je er nog over nadenken na het gesprek. Mogelijk maakt het je onrustig, droom je erover. Het komt voor dat ik met de ouders vaak eerst een (telefonische) uitgebreide intake heb en later nog een korte kennismaking met het kind erbij. Dit laatste doen we als we denken dat het voor het kind niet goed is zich bewust te worden van het probleem, de hulpvraag en de opvallende momenten in de biografie.

De volgende fase in het therapeutisch proces is de diagnostische fase, waarbij je actief aan de slag gaat. Een (of meer) vrije schildering(en) met de nat-in-nat-techniek staat/staan altijd op het programma. Voor veel mensen (in mijn praktijk) is dit een onbekende techniek en stappen ze er daardoor onbevangen in. Naast het nat-in-nat-schilderen werk ik ook met specifieke tekenopdrachten (bij kinderen). Ik doe zelf niet mee, omdat ik je niet wil beïnvloeden maar jou wil leren kennen. Dit kan ongemakkelijk voelen, omdat je je mogelijk bekeken voelt. Tijdens het schilderen/ tekenen/ boetseren (en/of na afloop) stel ik ook vragen, puur gericht om je beter te leren kennen. Bij volwassenen gaan we in gesprek over het beeld wat ontstaan is en komen we samen tot inzicht. Bij kinderen stel ik minder vragen, omdat het voor kinderen niet altijd goed is zich bewust te worden van de betekenis van het beeld. Deze fase zet de deur naar de gevoelswereld open en dat is vaak nogal onwennig. Ik hoor regelmatig terug dat kinderen zich thuis afreageren op de ouders. Van meerdere volwassenen hoor ik terug dat ze plotseling worden overvallen door een huilbui. Ook het dromen (soms zelfs nachtmerries) en het herinneren van nare gebeurtenissen (die je had weggestopt) kan in deze fase naar boven komen. Belangrijk is dat je mensen om je heen hebt, waar je je verhaal kwijt kan. En voor kinderen: dat de ouders begrip hebben voor de gevoelens en veilige kaders bieden. Nog een tip: geef jezelf wat tijd en ruimte na de sessie voordat je weer de drukte in gaat. 

Het therapieplan bespreek ik bij volwassenen met de cliënt zelf, bij scholieren met ouder(s) en kind en bij kinderen alleen met de ouders. We bespreken wat duidelijk is geworden in de diagnostische fase (en het intakegesprek) en waar we ons op gaan richten in de therapie. Soms is dit het moment dat ouder(s) nog iets meer vertellen over het kind, bijvoorbeeld omdat de tekening/schildering daar aanleiding voor geeft of omdat er iets losgekomen is thuis of op school. Het gesprek is een moment van afstemming: hebben we het kind goed in beeld, staan de neuzen dezelfde kant op, kan thuis/ op school ingespeeld worden op dat wat het kind nodig heeft gedurende het traject? Het gesprek kan een moment zijn van opluchting en erkenning, maar vooral van inzicht.

Vervolgens starten we het therapeutisch proces en werken we volgens het plan. Vaak meerdere keren achter elkaar met dezelfde techniek (en een iets andere opdracht), omdat je dan een stuk verdieping kunt pakken. Ik geef behoorlijk wat sturing en let b.v. op je zithouding, ademhaling en werktempo. Maar ook op technische aspecten en stuur daarin bij. Ik maak daarbij gebruik van de therapeutische werking van kleur, vorm, beweging en materiaal. Kunst als medicijn dus! Vaak doe ik mee, zodat je mij kunt volgen (zonder al te veel te hoeven nadenken) of juist ziet hoe het ook kan (en dit tot inzicht leidt voor je eigen proces). Je komt jezelf tegen gedurende het proces, zult weerstand merken bij sommige materialen/ opdrachten of (bij kinderen) omdat ik niet vertel wat we gaan doen, maar je je stapje voor stapje moet laten leiden. Dit vraagt vertrouwen en doorzettingsvermogen. Uiteraard moedig ik je aan, bied ik je veiligheid om te zijn wie je bent en benoem ik (indien nodig) dat het gaat om het proces, niet om het resultaat. Van de naasten vraagt dit ook dat zij met je spreken over het proces ‘hoe heb je het gemaakt, vertel eens of hoe wat het om te doen?’ en dus niet over het resultaat ‘wat heb je getekend of wat mooi’. Ik heb hier wel eens eerder over geschreven, zie de blog 'tijd om je innerlijk kind wakker te maken'Verwacht in deze fase niet te snel resultaat, een nieuwe ontwikkeling/ gewoonte heeft tijd nodig om eigen te worden. Het is geen pilletje wat je erin stopt en wat na een korte tijd begint met werken. Het is een ontwikkeling van binnenuit die tijd nodig heeft, maar dan wel vaak blijvend resultaat geeft.

Tot slot: we ronden het traject af door al het werk uit te leggen en met elkaar het proces te bekijken. Bij kinderen is dit vaak een moment waarop ze aan de andere gezinsleden hun werkstukken presenteren. Vaak wordt het een klein feestje en wordt er geapplaudisseerd en gecomplimenteerd. Doel is dat we bewust worden van alle ontwikkelingen die in gang zijn gezet en wat nodig is om dit na de therapie te behouden. Vaak vertellen de ouders dat ze hun kind anders benaderen dan voorheen. Of we horen terug van school dat ook daar positieve ontwikkelingen zichtbaar zijn geworden. Lees meer over de effecten van de therapie in de blog 'kunstzinnige therapie brengt kinderen spelenderwijs in balans'. In het traject voor volwassenen is dit ook een belangrijk moment, omdat het proces weer even helemaal in beeld komt en de verschillen tussen de werkstukken duidelijk worden. Volwassenen benoemen bij deze afronding hoe zij hetgeen ze geleerd hebben in de dagelijkse praktijk toepassen en welke tips ze voor zichzelf hebben. Het kindertraject wordt met een verslag afgerond, voor volwassenen kan dit, indien gewenst, ook geschreven worden.

En dan… een sprong in het diepe??? Dat hoeft natuurlijk niet. Kinderen hebben hun ouders en de leerkrachten om hun te coachen na het traject. Volwassenen hebben vaak ook zo hun hulptroepen ingeschakeld (gedurende het proces) en kunnen daar na afronding ook dikwijls op terugvallen. Bij volwassenen is het tevens ook zo dat de sessies gedurende het traject vaak met langere tussenpozen worden gepland. Sommige volwassenen blijven in therapie, bijvoorbeeld bij chronische hulpvragen als een soort ‘onderhoudssessie’. Soms komt een kind of volwassene weer terug voor een aantal opfrissessies of bij een nieuwe hulpvraag. En dikwijls zie je dat er in de thuissituatie een creatieve stroom op gang is gekomen. Deze fase vraagt oplettendheid: af en toe eens naar jezelf kijken of het nog gaat zoals het ging toen de therapie werd afgerond en of het nog lukt de tips in de praktijk toe te passen. En, tijdig de hulptroepen in te schakelen wanneer nodig.

Kunstzinnige therapie, een prachtig medicijn, maar wees je ook bewust van de bijwerkingen* en randvoorwaarden**. Er komt heel wat bij kijken en het vraagt ook heel wat van jou en (hoe jonger je bent) de mensen om je heen. Kies dus bewust voor kunstzinnige therapie en laat je verrassen door de mooie manier van werken en de inzichten die je daarna weer meeneemt op je verdere pad!

*De bijwerkingen komen niet bij alle cliënten (in dezelfde mate) voor, het verschilt per persoon.
** De randvoorwaarden zijn ook niet voor alle cliënten van toepassing, ook dit verschilt per persoon. 
 
Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend/ VTS-coach
www.kunstzinnigetherapie.info 
yvonne@kunstzinnigetherapie.info

maandag 2 april 2018

Slow Art

Als je een museum bezoekt, wil je dan zoveel mogelijk zien? Lees je alle bordjes, volg je routes en maak je overal foto's van? Weet je dan aan het einde van je bezoek nog wat je gezien hebt? Kan je wat je gezien hebt, in beelden zo voor je zien? En hoe voel je je na zo’n museumbezoek? Is je hoofd dan helemaal vol en moet je echt even bijkomen? Dan heb ik voor jou het ideale recept voor je museumbezoek: Slow Art!

Het recept: doseren en de tijd nemen; beperk je slechts tot enkele kunstwerken, neem de tijd om aandachtig te kijken en ga er ter plekke met elkaar over in gesprek. Vragen die je kunt stellen:
  • Wat gebeurt er op deze afbeelding?
  • Waar zie je dat aan?
  • Wat kunnen we nog meer ontdekken?
Komen deze vragen je bekend voor? Dat kan, want ik schreef er al eerder een blog over:  'De kunst van het kijken’. Toen ging mijn boodschap met name over de hersengebieden die geactiveerd worden door Visual Thinking Strategies, de kunstkijkmethode waar deze vragen uitkomen. Nu gaat mijn boodschap over doseren en aandacht, een mooi streven in deze prikkelrijke tijd. 

Doseren: maak een keuze welke kunstwerken je wilt bekijken. Dat zou je vooraf kunnen doen, b.v. gericht naar een bepaalde tentoonstelling, maar ook per zaal. Kijk welk kunstwerk je aanspreekt en geef dat alle aandacht. Als er een mogelijkheid is te zitten, maak er gebruik van. Dan wordt het makkelijker de tijd te nemen.

Aandacht: kijk aandachtig naar het kunstwerk, stel elkaar bovenstaande vragen en (heel belangrijk) laat het lezen van dat bordje nog even achterwege. Je zou een schets kunnen maken, zelf een titel of klein verhaaltje kunnen bedenken. Hoe zou het zijn als je een van de figuren was in het kunstwerk? Stel dat het kunstwerk een fotomoment zou zijn, wat zou er hiervoor of hierna gebeuren? Hoe zou het gemaakt zijn? Zie je bepaalde symboliek? Heeft de kunstenaar een boodschap door willen geven?

Als je aan het einde van je museumbezoek het jammer vindt dat je niet alles gezien hebt, kom dan nog eens terug. Maak dan opnieuw keuzes wat je wilt zien en neem weer de tijd en aandacht voor de kunstwerken. Je kunt veel kunstwerken ook online vinden, dus ook thuis kun je Slow Art doen. Denk ook aan kunstboeken, prentenboeken of kunstkaarten.

Slow Art, oftewel kunst kijken met aandacht; er komt langzaam maar zeker steeds meer aandacht voor. Zo heb ik laatst in een Alzheimercafé* in Rotterdam jonge mensen met dementie en hun mantelzorgers kennis laten maken met Slow Art. Het zette de deelnemers aan het denken:

  • “We gaan regelmatig samen naar het museum, wat een goed idee om met elkaar in gesprek te gaan over wat we zien.”
  • “We hebben een kast vol kunstboeken, dit gaan we thuis zeker doen.”
  • “Dit kan ook met foto’s van vroeger, foto’s van sport of nieuwsfoto’s.”
  • “We gaan dit ook toepassen bij de dagbesteding.”


Slow Art heeft zelfs een speciale dag: zaterdag 14 april 2018. Op de website www.slowartday.com/ vind je meer informatie en zie je welke (Nederlandse) musea meedoen aan dit evenement. Heb je te maken met dementie: kijk dan eens op www.onvergetelijkmuseum.nl/. En je kunt natuurlijk ook altijd contact opnemen met een  beeldend vaktherapeut**. 

*De avond in het Alzheimercafé stond in het kader van ‘Prikkelverwerking’. Florence Remijn (GZ- en neuropsycholoog) en ik hebben de deelnemers informatie gegeven over prikkelverwerking, overpikkeling/ onderprikkeling en kennis laten maken met Slow Art.
**Slow Art kan heel goed ingezet worden binnen het therapeutisch behandeltraject. Verschillende doelgroepen kunnen er baat bij hebben, denk b.v. ook aan mensen met autisme, concentratieproblemen, NAH (niet aangeboren hersenletsel) of burn-out.

Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend/ VTS-coach
www.kunstzinnigetherapie.info
yvonne@kunstzinnigetherapie.info

maandag 12 maart 2018

Huisdieren aan het ziekenhuisbed

Het mooiste moment is als de tekening van een afstandje wordt opgehouden en het baasje zijn trouwe maatje in de ogen kijkt: ontroering en een enorme dankbaarheid!

Huisdieren, wat komen ze vaak ter sprake in het ziekenhuis. In tijden van ziekte kunnen ze zoveel troost en steun bieden, maar door de behandeling zijn het baasje en zijn/ haar maatje weken, soms zelfs maanden gescheiden.

Hoe mooi is het dan als er iemand aan je bed komt met een doos pastelkrijt en zegt: "We gaan je maatje tekenen!" Tijdens het tekenen vertellen de baasjes vol enthousiasme over hun trouwe viervoeter. Stapje voor stapje wordt de karakteristiek gepakt met kleur, vorm en beweging en komt het beestje steeds meer tot leven.

Niet alle patiënten zijn fysiek in staat mee te tekenen, maar meekijken kan altijd. Door het stapje voor stapje tekenen, is het proces in alle rust goed te volgen en wordt de patiënt als het ware in de tekening gezogen. Het mooiste moment is als de tekening van een afstandje wordt opgehouden en het baasje zijn trouwe maatje in de ogen kijkt: ontroering en een enorme dankbaarheid!

Vele huisdieren hebben zo al een plekje naast het ziekenhuisbed ingenomen en geven de patiënt morele support op weg naar herstel. En de gesprekken aan het bed met andere zorgverleners gaan vanaf dat moment natuurlijk ook over het trouwe maatje. Hoe fijn is dat?!

Ik ben benieuwd wat het volgende huisdier wordt wat ik mag pakken met mijn doosje pastelkrijt...
Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend
www.kunstzinnigetherapie.info
yvonne@kunstzinnigetherapie.info

donderdag 8 februari 2018

Lieve ik,

'Terwijl ze haar zojuist geschreven brief aan zichzelf hardop voorlas, brak haar stem en rolden de tranen over haar wangen. Haar eigen woorden hadden haar geraakt. Haar eigen woorden vol warmte, empathie en liefde…"

In mijn praktijk ontvang ik naast kinderen ook veel volwassenen. Naast de problematiek die de aanleiding vormt om de therapie te starten, komt vaak nog meer problematiek naar boven. Problematiek uit de jeugd, zoals een onveilige band tussen ouder en kind. Problematiek naar aanleiding van een specifieke gebeurtenis, zoals het (plotseling) overlijden van een ouder, broertje of zusje. Problematiek door een plotselinge, heftige gebeurtenis, zoals een ongeluk. Problematiek door situaties van verlies in welke vorm dan ook.

De volwassenen die in mijn praktijk komen, lopen vast in hun werk, zien op tegen de feestdagen of ze bevinden zich in een levensfase waarin verandering een rol speelt. Zo’n situatie kan veel van je vragen, zowel fysiek (zoals vermoeidheid of hormonale veranderingen) als mentaal (bijvoorbeeld stress, neerslachtigheid of piekeren). Veelal spelen ook ongezonde gewoontes een rol, zoals eetbuien, roken, drinken, enorm veel feesten of te hard werken.

In de kunstzinnige therapie staan we bewust stil, is er aandacht voor het hier en nu, is er aandacht voor wie je vroeger was, wat je toen nodig had en wat je nu nodig hebt. Via de beeldende middelen gaan we met deze thema’s aan de slag. Spreken we het kleine meisje of jongetje aan in de volwassene van nu en bieden we (via kleur, vorm en beweging) wat nodig is om te helen. Zo’n beeldend therapeutisch proces maakt veel los, waardoor ook tussen de sessies door het proces doorgaat en invloed heeft op andere situaties in het leven van nu.

Naast de non-verbale opdrachten, gaan we vaak ook aan de slag met woorden. Denk bijvoorbeeld aan het geven van een titel of quote voor het (intuïtief) ontstane werk. De woorden worden bewust op het werkstuk geschreven, soms klein in een hoekje, maar soms ook met sierletters wat meer centraal. De tekst is een belangrijke toevoeging voor het gecreëerde werkstuk. Want door woorden te geven aan dat wat op een gevoelslaag is ontstaan, wordt het bewustzijn aangesproken.

Daarnaast laat ik sommige volwassenen ook een brief schrijven, een brief aan zichzelf. In de brief laat ik ze schrijven wat ze tegen een ander zouden zeggen als die in een situatie zou zitten als waar zij zich bevinden. Door net te doen of het een ander betreft, lukt het vaak beter om afstand te nemen van de situatie en, zo blijkt dikwijls, ook veel positiever te schrijven.

Na afloop laat ik ze de brief hardop voorlezen en dan gebeurt het: dan klinken liefdevolle woorden en zorgzame adviezen vol positiviteit en warmte. Dan wordt een verbinding gelegd tussen gevoel en bewustzijn en klinkt wat nodig is om te helen: “Terwijl ze haar zojuist geschreven brief aan zichzelf hardop voorlas, brak haar stem en rolden de tranen over haar wangen. Haar eigen woorden hadden haar geraakt. Haar eigen woorden vol warmte, empathie en liefde…”



Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend
www.kunstzinnigetherapie.info
yvonne@kunstzinnigetherapie.info

maandag 15 januari 2018

Het tekendagboek

Soms geef je wel eens een tip die achteraf goud blijkt te zijn. Ook dit was er zo één. Nooit gedacht dat die ene tip zoveel in beweging zou brengen.

Ze was zoekende naar ritme en balans. Sommige dagen zat ze behoorlijk in de plus, pakte ze daardoor van alles op, maar miste ze de concentratie en rust om het af te maken. Andere dagen zat ze behoorlijk in de min en kwam ze niet of nauwelijks in beweging. Toen ik haar voorstelde een tekendagboek te beginnen, reageerde ze (zoals altijd) enthousiast. We praatten nog wat door over het idee 'tekendagboek' en lieten het daarna los, omdat het iets was voor thuis.

De keer erna (ze komt eens per 3 weken) had ze haar tekendagboek meegenomen en vertelde ze enthousiast: "Ik teken elke avond rond een vast tijdstip. Soms teken ik hoe ik me voel en schrijf ik er wat kreten bij, soms teken ik wat ik gedaan heb die dag en een andere keer kijk ik of ik iets kan natekenen. Ik doe het echt voor mezelf, dus het hoeft niet mooi te worden. Als mijn hoofd zó vol zit of juist heel leeg is, laat ik de bladzijde leeg en noteer ik later nog wel de datum op de lege bladzijde." We bladerden samen door het boekje heen en bespraken zo hoe de afgelopen periode was geweest. Ik kon zien dat ze heel gedisciplineerd werkte in haar tekendagboek en ook het tekenplezier straalde er vanaf. De dagen dat het zwaarder was, zag je dat ook terug in de tekeningen. Terwijl die dagen openvielen, reageerde ze zowel verbaal als non-verbaal wat laconiek: "Ja, toen ging het ff niet zo goed, nou ja dat ziet er dan zo uit." Zou ze doorhebben hoe belangrijk dit is? Het gevoel kreeg de ruimte, mocht er zijn. Ook de lege bladzijden (met alleen de datum) bevestigen het gevoel van acceptatie. (Het is wat het is.) "Ja en soms zit ik maar te malen, nou dan zoek ik een grappig plaatje op en teken ik dat na," vulde ze nog aan. Zou ze doorhebben hoe belangrijk dit is? Dat je door natekenen even los kunt komen van je eigen gedachten, omdat je je zo moet focussen op iets anders? Dat je, door het natekenen, ook weer beter gaat waarnemen wat je tevens kan helpen met het relativeren van gedachten die met je aan de haal kunnen gaan?

Inmiddels is ze in haar 4e of misschien al 5e tekendagboek bezig. Ze lijkt hiermee een ritme en balans te hebben gevonden en het mooie is: ze doet het helemaal zelf! 

Het tekendagboek, een gouden tip voor deze cliënt en vast niet voor haar alleen; probeer het ook eens, het is niet alleen leuk om te doen, het helpt je ook de dag los te laten waardoor je misschien (net als deze cliënt) ook wel beter slaapt. 


Yvonne Peschier
kunstzinnig vaktherapeut beeldend
www.kunstzinnigetherapie.info 
yvonne@kunstzinnigetherapie.info